Onder andere Utrecht.
Ja zeker, Utrecht heeft een zee. Kom maar eens kijken en luisteren bij ons in Lombok. Als je op ons dakterras staat of bij een van onze open ramen, hoor je veel gepraat, gelach, kindergegil, gespartel en geplons. En kijk dan maar eens de straat in. Je ziet allerlei mensen voorbijtrekken in zwembroek, badpak en bikini. Lees de column van Joost Mangnus:
Ja, druk is het hier. Sommige warme dagen heel druk. Honderden mensen liggen lekker te zonnen aan de waterkant. Bijvoorbeeld op de steiger bij het Muntplein. Of voor het Geldmuseum, tussen de Abel Tasmanbrug en de Muntbrug. Maar ook op de Muntkade en het hoekje waar de Kanaalweg en de Leidseweg elkaar kruisen. Of op het groen bij de Muntsluizen. Dat is dan ook een prachtige locatie, tussen twee wateren, in de open zon.
Vooral nu Strand Oog in Al (tijdelijk) dicht is, is dit een gaaf alternatief. En wel meer dan dat. Eigenlijk is het zelfs beter. Want in Oog in Al heb je dan wel zand, maar je mag er eigenlijk niet zwemmen. Dat kan in dit gedeelte van het Merwedekanaal wel. En dat wordt volop gedaan in de ‘Munt-driehoek’, ofwel tussen het Muntplein, de Muntbrug en de Muntsluizen. Velen duiken of springen het water in bij de steiger aan het Muntplein. De echte waaghalzen springen van de Muntbrug. En daar zwemmen ze dan hun rondjes.
Het lijkt erop dat steeds meer mensen deze mooie locaties aan het ontdekken zijn. De eerste jaren dat we hier woonden, was het er lang niet zo druk. Maar langzaamaan ontpopt Lombok zich steeds meer als een badplaats.
Lombok doet me wel wat denken aan Bergen. In Bergen zelf heb je leuke winkeltjes. Zoals de Kanaalstraat ze heeft, zeg maar. En in Bergen aan Zee heb je het water. Zoals bij het Merwedekanaal, het water van Lombok aan zee.
Groot verschil met Bergen aan Zee en andere badplaatsen is dat je hier geen strandtenten ziet, met rare drankjes en lawaaiige dj’s. Zelfs een ijscokarontbreekt. Versnaperingen nemen de strandgasten zelf wel mee. Zoals flessen wijn of rosé. Of een biertje. Uit de koelbox. Naar zee gaan betekent hier niet meer of minder dan lekker bij elkaar liggen en praten, en af en toe het water in duiken. Zonder poeha. Zonder winstbejag. Gewoon genieten. Het pure strandleven dus eigenlijk. Ongerept, en nog alleen ontdekt door Lombokkers en consorten. Waar vind je zulke strandjes nou nog? Ja, in Zeeland misschien, waar je nog strandjes hebt waar alleen de lokale bevolking naar toe gaat. Maar in een stad?
Ja, welke stad kan nu zeggen dat het historie, studenten, sfeer en een uniek strand heeft?
Inderdaad, alleen Utrecht.
Joost Mangnus @hippocom